In het nummer ‘Wie ik ben’ zingt Jaap Reesema over zijn ouders en hoezeer hij op hen lijkt. In Panorama lezen we dat de zanger zich erg bewust is van het feit dat zijn vader en moeder er op een dag niet meer zullen zijn.
“Maar wat voortleeft, is wat ze mij hebben gegeven”, gaat hij van start. “De stem, de ogen, het onvermogen om stil te staan en de hoop om net als hen te kunnen vergeven en vergeten en alles uit het leven te halen. Het besef dat mijn tijd met hen steeds korter wordt, groeit met de dag. Daarom kijk ik naar hen en probeer ik hun voorbeeld te volgen. Mijn moeder heeft een prachtig leven met veel vrienden, mooie reizen en dankbaar werk voor goede doelen. Ze loopt tegen de tachtig en is een soort rode draad door veel van mijn liedjes.”
Ook in de ‘negatieve’ kenmerken herkent Jaap zich erg in zijn moeder. “Zoals haar ongeduld, slordigheid en verhalen soms net iets mooier maken dan ze zijn”, merkt hij op.
Qua motoriek lijkt Jaap dan weer een exacte kopie te zijn van zijn vader. “Veel van zijn bewegingen heb ik overgenomen”, besluit hij.